Delen

Voorbereid aan het (kerst)diner

Ai, ai, ai, daar zit je dan weer, omringd door je familie aan het (kerst)diner. Je geniet van de heerlijke maaltijd, maar binnen no-time vliegen de stereotyperende opmerkingen je om de oren. Vrouwen moeten beter hun best doen als ze meer willen verdienen, en oh ja, Eva, wanneer breng jij nou eens iemand mee naar huis? Alsof de feestdagen niet al genoeg stress met zich meebrengt.

Maar geen zorgen, we laten je niet in de kou staan. Hier zijn de meest voorkomende vragen en opmerkingen, en hoe je ze met een vleugje humor en vastberadenheid kunt aanpakken. Laat die tantes en ooms maar weten hoe het écht zit.

"Vrouwen hebben nu toch gewoon gelijke rechten in Nederland?"

In Nederland hebben vrouwen dezelfde rechten als mannen. Maar als we het hebben over gelijke kansen, zien we veel ruimte voor verbetering. Als de emancipatie van vrouwen op dit tempo doorgaat duurt het namelijk nog 88 jaar (!) tot gendergelijkheid in Nederland is bereikt. Dat duurt dus nog veel te lang.

Op veel vlakken zien we namelijk nog ongelijkheid tussen vrouwen en mannen. Zo is bijna de helft van de vrouwen in Nederland (44 procent) financieel afhankelijk van een partner of de overheid. En heeft 43% van de werkende vrouwen te maken gehad met situaties die wijzen op zwangerschapsdiscriminatie. Ook besteden vrouwen 1,5 keer zoveel tijd aan onbetaalde zorgtaken (huishouden, kinderen) als mannen en verdienen vrouwen gemiddeld 13% minder per uur dan mannen. Bovendien is de helft van alle jonge vrouwen slachtoffer geweest van seksueel grensoverschrijdend gedrag en leven vrouwen relatief langer in slechte gezondheid. Wat ons betreft voldoende redenen om ons in te blijven zetten voor het versnellen van de emancipatie van vrouwen!

Lees hier meer over de stand van zaken

‘’Vrouwen kunnen nou eenmaal minder goed voetballen dan mannen’’

In het voetbal worden mannen en vrouwen niet gelijk behandeld, bijvoorbeeld op het gebied van representatie en beloning. Gelijke kansen voor vrouwen in deze sport zijn nog ver weg.

Historisch gezien werden vrouwen in veel sporten pas later toegelaten. Voetbal werd lang beschouwd als ongeschikt voor vrouwen. Pas in 1971 werd het voetbal voor vrouwen in Nederland officieel omdat de UEFA dan voetbalbonden verplicht om voetbal voor vrouwen in hun structuur op te nemen. 

Verschillende factoren dragen bij aan de verschillen in techniek, snelheid en spel tussen mannen- en vrouwenvoetbal. Vrouwen ontvangen vaak slechts een onkostenvergoeding, waardoor ze hun professionele carrière moeten combineren met een studie en (bij)baan. Ook bij de faciliteiten is de onderwaardering van vrouwen. Al vanaf jonge leeftijd zijn de faciliteiten en begeleiding op en rond het veld bij veel clubs voor vrouwen minder goed dan voor mannen. Lees meer over gelijke kansen in het voetbal: https://www.womeninc.nl/voetbal/wp-content/uploads/sites/39/2023/07/Voetbal-en-gelijke-kansen.pdf 

Daarnaast bevestigt de berichtgeving over voetbal het idee dat het mannenvoetbal de norm is. Vrouwenvoetbal wordt als de uitzondering gezien. Niet alleen is de kans enorm groot dat als we een wedstrijdverslag zien op televisie of online, het om mannenvoetbal gaat, ook het beeld- en taalgebruik van verschillende media bevestigen dit. Het vrouwenvoetbal (bijna nooit enkel ‘voetbal’ genoemd) wordt neergezet als de uitzondering. Deze stereotypen beïnvloeden onbewust onze perceptie van vrouwen en mannen in de sport.

Lees meer over mediaberichtgeving over het voetbal: https://www.womeninc.nl/voetbal/wp-content/uploads/sites/39/2023/06/SCOREN-ZONDER-STEREOTYPEN-RAPPORT-MEDIA-AANDACHT-VOETBAL.pdf 

"Vrouwen willen niet meer verdienen anders zouden ze wel hun best daarvoor doen"

Vrouwen zien het belang van financiële onafhankelijkheid. Meer inkomsten is een belangrijke drijfveer om (meer) te willen werken, maar verschillende systemische en culturele belemmeringen hebben grote invloed op de financiële positie van vrouwen in Nederland. 

Vrouwen besteden 1,5 keer meer tijd aan onbetaalde zorgtaken dan mannen. Dit komt onder andere doordat ons systeem gelijke zorg nog onvoldoende faciliteert. Hoewel 41% van de heterostellen in Nederland betaald werk en onbetaalde zorg het liefst gelijk zou verdelen, lukt dit slechts bij 9% van de stellen. Zo goed als gratis kinderopvang en verlofregelingen zouden hierbij kunnen helpen. Naast hoge kinderopvangkosten, kan meer werken voor vrouwen die afhankelijk zijn van uitkeringen en toeslagen betekenen dat zij hierop gekort worden. Hierdoor kan het zijn dat meer werken niet genoeg loont. 

Daarnaast werken vrouwen vaak in sectoren met lagere lonen zoals de kinderopvang, zorg en schoonmaak. De Wet van Sullerot stelt dat beroepen waarin veel vrouwen werken, een lager aanzien hebben en naar verhouding slechter betaald worden dan toen die beroepen nog werden gedaan door mannen. De bestbetaalde sectoren, waaronder de financiële en technische, blijven grotendeels het domein van mannen. Ook hebben zij (nog steeds) vaker dan vrouwen leidinggevende functies, waarvan de uurlonen ook weer hoger liggen. 

Bovendien is het in sectoren waar veel vrouwen werken gebruikelijk of soms zelfs verplicht om parttime te werken. Zo worden verzoeken om uitbreiding van de arbeidsduur in de sector zorg en welzijn vaker geweigerd dan elders, terwijl verzoeken tot vermindering van de arbeidsduur in deze sector zelden tot nooit geweigerd worden. 

De manier waarop wij in Nederland denken over de rollen van vrouwen en mannen heeft ook invloed op de keuzes die mensen maken. Het is nog steeds gebruikelijk dat vrouwen bij de geboorte van het eerste kind minder uren betaald gaan werken, mannen doen dit doorgaans niet. Zo’n 39 procent van de vrouwen gaat na de geboorte van het eerste kind minder werken en vijf procent stopt helemaal met werken. Slechts acht procent van de mannen stopt na de geboorte met werken of gaat minder werken. 

Ook krijgen moeders te maken met andere verwachtingen vanuit hun omgeving dan vaders. 19% van de Nederlanders vindt dat moeders met een kind tot vier jaar niet moeten werken. Bij vaders vindt slechts drie procent dit.

“Waarom ben je nog steeds single?” en “Heb je geen kinderwens?” De discussie over single zijn op je 30ste en eventuele kinderwens.

Deze vragen worden vaker gesteld aan vrouwen dan aan mannen. Dit komt onder andere door het stereotiepe beeld dat geschetst wordt over vrouwen. Vaak is de verwachting dat vrouwen rond de dertig een gezin willen. Dit is lang niet voor iedere vrouw de wens. Langdurige blootstelling aan stereotypen leidt ertoe dat deze aannames diep geworteld raken in onze hersenen als associaties en concepten. Hierdoor ervaren wij deze genderstereotypen niet alleen als een omschrijving van hoe vrouwen en mannen zouden zijn, maar ook hoe vrouwen en mannen zich dienen te gedragen. Tijd dus voor meer diverse beelden van vrouwen, bijvoorbeeld in de media.  Stel de vraag eens terug of vraag: ‘Zou je dat ook aan een man van 30 vragen?’

 

Fijne dagen!

En onthoud: je bent aan niemand verplicht deel te nemen aan gesprekken of antwoorden te geven. Je eigen mentale gezondheid staat voorop ♥️