Interview Claire Stramrood
Claire Stramrood is gynaecoloog bij het Flevoziekenhuis in Almere. Ze is gespecialiseerd in psychische klachten rondom zwangerschap en bevalling. Vanuit haar bedrijf Beval Beter geeft zij scholing en onderwijs over preventie van bevallingsgerelateerde PTSS en trauma, met als missie: een positieve bevallingservaring voor iedereen. Ze legt uit dat haar onderzoek naar traumatische bevallingservaringen ons veel kan leren over hoe we omgaan met zwangerschap, bevallingen en ouderschap in het algemeen.
Waarom is het belangrijk onderzoek te doen naar traumatische bevallingservaringen?
“Voor elke ouder geldt natuurlijk dat het krijgen van een kind een gebeurtenis is die veel veranderingen teweegbrengt. Wanneer we het hebben over bevallingen specifiek, hopen we natuurlijk dat dit een positieve ervaring is. Dat is helaas niet voor iedereen zo: 10 tot 20% van de vrouwen ervaart hun bevalling als traumatisch. Het komt vaker voor bij vrouwen die al voor de bevalling psychisch kwetsbaar waren of complicaties hebben ervaren tijdens de zwangerschap of bevalling. Maar vooral wanneer vrouwen zich onvoldoende gesteund, gezien en gehoord hebben gevoeld tijdens hun bevalling. Van die vrouwen heeft weer 10% te maken met langdurige klachten, oftewel PTSS, die zich uiten in nachtmerries, herbelevingen, concentratieproblemen en depressieve klachten.”
10 tot 20% van de gevallen, dat zijn veel mensen. Waarom hoor je er toch weinig over?
“Dat komt door een aantal dingen. Een traumatische bevallingservaring is nog een beetje taboe: de meeste mensen zijn blij met de baby die ze krijgen. Dat maakt het moeilijk erover te praten als jij je niet op zo’n roze wolk bevindt. Vrouwen krijgen vaak vanuit hun omgeving te horen dat ze toch vooral blij moeten zijn wanneer hun baby gezond is en ze de bevalling maar snel moeten vergeten. Ook zorgverleners vragen er niet altijd naar of onvoldoende. Ouders krijgen dus vaak onbedoeld de boodschap dat hun negatieve gevoelens er gewoonweg niet mogen zijn.”
Waar krijgen vrouwen die hun bevalling als traumatisch hebben ervaren vaak mee te maken?
“Het kan voor vrouwen met PTSS lastiger zijn om helemaal in te tunen op hun baby en de baby te bieden wat hij of zij nodig heeft, omdat hun functioneren zo wordt beïnvloed door hun psychische klachten. Daarnaast is een van de symptomen ‘hyperarousal’. Dat uit zich in snel boos worden, prikkelbaar zijn, snel schrikken en moeite hebben met concentreren. Wat het lastig maakt is dat zo’n 60% van de ouders met jonge kinderen hier last van heeft, omdat het ook een effect kan zijn van slaapgebrek.”
Dus niet alleen vrouwen met een traumatische bevalling vertonen deze symptomen?
“Nee, ik zie de fysieke en mentale veranderingen waar ouders mee te maken krijgen eerder als een soort spectrum. Van mensen die weinig tot geen klachten hebben tot mensen die de diagnose PTSS krijgen.”
Je zegt vrouwen én mannen. Wat is de invloed van een bevalling op partners van de biologische moeder?
“De partner is idealiter degene die de biologische moeder ondersteunt, tijdens en na de bevalling. Maar het kan natuurlijk ook zo zijn dat de partner de bevalling zelf als heel heftig heeft ervaren. Wat je ziet bij voornamelijk mannen bij wie dit het geval is, is dat ze de neiging hebben om vermijdingsgedrag te vertonen: die gaan snel weer sporten, vrienden opzoeken en aan het werk. Ook een symptoom van PTSS trouwens. Maar we moeten af van het idee dat een bevalling en een jong gezin geen impact hebben op mannen: dat hebben ze namelijk absoluut.”
Veel vrouwen gaan na een zwangerschap ook weer aan het werk. Hoe verloopt die overgang van verlof naar werk bij mensen met een traumatische bevalling?
“Het gebeurt dat vrouwen vakantiedagen of onbetaald verlof extra opnemen. Iemand kan zich ziekmelden door psychische klachten of gaat wel weer ‘gewoon’ aan het werk. Daarbij is het bij uitval of uitstel van werkhervatting soms lastig om onderscheid te maken tussen wanneer ‘overweldigd zijn door de uitdagingen van pril ouderschap’ en wanneer de psychiatrische aandoening daar de oorzaak voor is. Een werkgever zou überhaupt rekening moeten houden met een werknemer die net een kind heeft gekregen, want er zijn veel dingen drastisch veranderd in het leven van werknemers die terugkomen. Eigenlijk is drie maanden bevallingsverlof biologisch gezien ook veel te kort, als je kijkt naar hechting, voeden en de behoefte van baby aan fysieke nabijheid. Of je nou een fijne of een traumatische bevallingservaring hebt gehad.”
Wat kan een werkgever doen om rekening te houden met werknemers die ouder zijn geworden?
“Mijn oproep aan werkgevers zou zijn: erken de impact van het krijgen van kinderen. Ouder ben je niet alleen tussen 6 uur ‘s avonds en 8 uur ‘s ochtends, dus werknemers dragen het mee naar hun werk. Er zijn zoveel aspecten die maken of je fluitend weer op je werk terugkomt na je verlof of ervoor zorgen dat het een hele zware tijd wordt. Een traumatische bevallingservaring is er daar één van en het is belangrijk dat we dat erkennen, maar sommige mensen hebben een huilbaby, een partner die niets doet in huis of zorg voor een zieke moeder dragen. Het is heel belangrijk dat daar meer aandacht voor komt; het geheel van al die factoren.”