Laatst was ik in Comedyclub Toomler in Amsterdam voor een avondje lachen. Wie er wel eens is geweest, zal het herkennen: de imposante ‘wall of fame’, waar portretten van comedians die hun strepen hebben verdiend trots de zaal in kijken. Het viel me al eerder op hoeveel mannen er hingen. Ik grapte met mijn vader dat wanneer er die avond weer zes mannen achter elkaar het podium zouden betreden, ik binnenkort mijn eigen debuut zou maken in de comedy.
Het lachen was me snel vergaan. Je raadt het al: er stond geen enkele vrouw op de planken die dag. Er werden geen grappen door, maar over vrouwen gemaakt. Een comedian vroeg zich bijvoorbeeld hardop af of een groep vrouwen in het publiek ‘van mooi naar lelijk zat’.
Geschreven door: Puck van Tussenbroek
Het geringe aantal vrouwen op het podium blijkt geen uitzondering in de wereld van de comedy en het cabaret. Ik heb de microfoon nog niet opgepakt, maar ik ben wel benieuwd waardoor de representatie van vrouwen achterblijft. Want wie de grappen maakt speelt een rol in wat we als publiek grappig vinden, en welke verhalen we te horen krijgen. Wat is het aandeel vrouwen in de (stand-up) comedy en het cabaret op dit moment, en ervaren vrouwen nog altijd vooroordelen, zoals ‘dat vrouwen gewoon niet grappig zijn’? Om daar antwoord op te vinden, ging ik op zoek naar de huidige feiten en cijfers. Ook heb ik cabaretiers en theatermakers gesproken over hun ervaringen, en deze interviews komen vanaf nu elke week online.
De eerste vrouwen in het cabaret
Eduard Jacobs wordt in Nederland gezien als de eerste cabaretier, die zijn debuut maakte rond 1900. Pas in 1970 volgt Jasperina de Jong, ‘de eerste vrouwelijke ster in de mannenwereld van het cabaret’. In een documentaire over haar leven kunnen we niet om de vrouwonvriendelijke context heen waarin haar carrière zich afspeelt. Haar liedteksten liegen er niet om: ‘Het is niet waar dat vrouwen dom en oppervlakkig zijn, en dat we geestelijke diepgang missen. Dat is een praatje wat door mannen overal wordt rondgestrooid, maar bewezen is het nooit’. In interviews slaan de aannames en stereotypes haar om de oren: de presentatoren kunnen zich niet voorstellen hoe ze haar gezin en haar carrière met elkaar kan combineren.
In diezelfde tijd komt ook Natascha Emanuels op, die in 1972 haar eigen cabaretgezelschap ‘Vrouwencabaret’ opricht. Ze werd ook wel een ‘taboedoorbrekende theaterlegende’ genoemd. In haar show ‘Een vrouw is ook een mens’ werden teksten gezongen als ‘De penis, daar draait alles om. Dat maakt hem knap, dat maakt haar dom. Waarom denkt hij weer rationeel? Natuurlijk door z’n mannelijk deel. Waarmee schreef hij geschiedenis? Als dat niet weer de penis is’. Er kwam veel kritiek op haar grove teksten, iets waar cabaretiers die man zijn juist vaak om worden geprezen. Wellicht is dat een van de redenen waarom er vandaag de dag nog steeds minder vrouwen dan mannen te vinden zijn in het cabaret.
‘Vrouwen zijn gewoon niet grappig’ en meer stereotypen
Ook al is de weg naar het cabaret al in 1970 door vrouwen bewandeld, er lijken meer overeenkomsten dan verschillen te zijn tussen de Jongs en Emanuels verhaal en dat van vrouwen in het cabaret vandaag de dag. Nog steeds is de vrouw de uitzondering in de Nederlandse comedy en cabaret, en krijgen ze te maken met allerlei vooroordelen. Cabaretier Maya van As vertelt aan het NRC in 2017 dat ze na afloop van een improvisatievoorstelling de opmerking kreeg: ‘Nou, je hield je goed staande tussen die mannen hè!’. Ook Eva Crutzen krijgt na bijna elke voorstelling een opmerking in de trant van: ‘Ik vind vrouwen niet grappig, maar jou wel’.
2Strick, M. (2020). Humor is een van de vier pijlers onder het universum. Balans.”> Madelijk Strick3 Miches, L., Walker, D., Parris, J., Mankoff, R. en Christenfeld, N. (2012). ‘Who’s funny: gender stereotypes, humor production, and memory bias’, Psychonomic Bulletin & Review, 19 (1), 108-112. “>het idee dat vrouwen niet grappig zouden zijn, staat ze in de weg om zichzelf als humoristisch te zien4 Leids Cabaret Festival, Camaretten, Amsterdams Studenten Cabaret Festival, Groninger Studenten Cabaret Festival”>cabaretfestivals ging van 2010 tot en met 2021 maar 17% van het totale aantal prijzen naar vrouwen. Slechts 16 vrouwen
Opvallend is het Amsterdams Kleinkunst Festival, waar de verdeling heel anders is. Van 2010 tot en met 2021 werden er door vrouwen 26 prijzen gewonnen, 23 prijzen gingen er naar mannen. Wellicht associëren we kleinkunst minder strikt met humor en meer met theater en muziek, en voelen vrouwen zich er daarom meer senang of worden ze er meer geaccepteerd. Bovendien blijken comedy en theater steeds minder gescheiden werelden. Dat biedt ook perspectief om buiten de hokjes te denken van wat humor is, en wie de humor maakt.
5Bron: https://www.nrc.nl/nieuws/2017/11/29/hoezo-zijn-vrouwen-niet-grappig-a1583027?t=1663318803 “>cabaret- en kleinkunstpodia. Met behulp van de oprichter van
In comedyhuizen, wat broedplaatsen zijn van aanstormend comedy- en cabarettalent, staat het er ook niet goed voor wat betreft vrouw-manverdeling. In Toomler (Amsterdam), Comedyhuis Utrecht en Comedy Café Amsterdam zijn er bij elkaar maar 14 vrouwen aangesloten van de 107 comedians. Dat is maar 13% vrouw tegenover 87% man.
Grappig? Prove it again
Janneke de Bijl, een cabaretier die als een van de zes vrouwen op 50 mannen lid is van Comedytrain (het gezelschap dat in comedyclub Toomler speelt), kan wel een paar redenen bedenken. “Je bent als vrouw zo enorm in de minderheid, dat maakt het lastig. Veel vrouwen voelen zich niet prettig bij de masculiene sfeer die vaak in comedyclubs hangt.” Ook bij het publiek voelde ze vaak teleurstelling als ze op kwam lopen. “Je staat 1-0 achter, maar je doet alsof dat niet zo is, want anders ben je een zeikerd of kruip je in de slachtofferrol. Je kan niks anders doen dan er tegenin spelen en gewoon harder werken. En dan is het compliment na afloop inderdaad steevast: ‘Normaal vind ik vrouwen niet leuk, maar jou wel’.”
“Veel vrouwen voelen zich niet prettig bij de masculiene sfeer die vaak in comedyclubs hangt.”
6 Williams, J.C. en Dempsey, R. (2014). What works for women at work: Four patterns working women need to know. New York: NYU Press. “>prove-it-again-principemannen. Daarnaast brengen vrouwen een nieuw humoristisch perspectief ter tafel en gebruiken ze humor vaak om te verbinden en solidariteit met elkaar aan te gaan, door middel van zelfspot en het vertellen van grappige, persoonlijke anekdotes. Ze moeten dan ook creatiever zijn, aangezien ze zich vaak niet op de bekende seksistische grappen kunnen beroepen. Mannen gebruiken humor vaker om statusverschillen te markeren en elkaar voor schut te zetten. Al is dit uiteraard niet ‘set in stone’, Humor-onderzoeker Strick verwacht dat de mate waarin vrouwen hun humoristische kant laten zien, zal toenemen met de toenemende vrouwenemancipatie. Toch ben ik benieuwd naar de rol die de comedywereld hier zelf in kan spelen: hoe komt het dat al die grappige vrouwen het podium ofwel niet bereiken, ofwel er niet blijven hangen? Hoe seksistisch is de comedywereld, en wat is daarin de verantwoordelijkheid van comedyhuizen, festivals en theaters? Daarover spreek ik de komende tijd verschillende vrouwen uit het vak.
Het dichten van de humorkloof
Het wordt tijd dat we de humorkloof dichten. Mijn lachspieren zijn moe van seksistische grappen van mannen met het voordeel van de twijfel. Ik wil niet lachen over mensen zoals ik, maar om mensen zoals ik. Er is in de Nederlandse comedyhuizen, theaters en cabaretfestivals duidelijk nog veel winst te behalen wat betreft representatie van vrouwen. Want wie er op het podium staat geeft mensen niet alleen een leuke avond, maar biedt stof tot nadenken over wie we grappig vinden, wat we grappig vinden en waarom.
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6