Gender in het onderwijs: een onderbelicht thema

 

Op ons Congres Gender & Gezondheid stonden meer dan 50 sprekers met elk hun eigen verhaal over gender en gezondheid. In ‘Gender in het onderwijs: een onderbelicht thema’ vertellen o.a. prof. dr. Marrie Bekker, prof. dr. Toine Lagro-Janssen en prof. dr. Roland Laan in hoeverre gender is opgenomen in het onderwijs en wat er nog moet gebeuren.

 

Door: Stephanie van Baggem
 

Belemmeringen als leerpunten

Hoe wordt de student van nu een gendersensitieve zorgverlener? Toine Lagro-Janssen, emeritus hoogleraar Vrouwenstudies Geneeskunde, en Marrie Bekker, hoogleraar Klinische Psychologie, vertellen van hoe ver ze zijn gekomen. “Patiënten zitten niet te wachten op een vrouwelijke arts, kreeg ik vroeger te horen”, aldus Lagro-Janssen. “Vroeg in mijn carrière deed ik mee aan een groot project over fobieën, waarbij het merendeel van de cliënten een vrouw was. Maar toen ik hier onderzoek naar wilde doen, zei mijn hoogleraar ‘Als je dat wilt verklaren, ga je maar sociologie studeren’”, aldus Bekker.

 

Lagro-Janssen en Bekker voerden twee projecten uit, waardoor gender steeds beter wordt opgenomen in het medisch curriculum en GGZ-gerelateerd onderwijs. De belemmeringen die ze ervaarden, zien zij als leerpunten. Volgens hen kan een goede basis voor de ontwikkeling van gendersensitief onderwijs gelegd worden als:

 

  • De faculteiten, incl. het bestuur, de implementatie ondersteunt en naar medewerkers communiceert;

  • Er draagvlak onder de studenten is;

  • Er extra ondersteuning is van zgn. Genderambassadeurs. Deze mensen, met een goede positie binnen de faculteit, kunnen hun kennis met anderen delen.

 

Wat vindt de student?

Lieke Koggel, zesdejaars geneeskundestudent, heeft onderzocht hoe gendersensitief studenten hun onderwijs vinden. Zij stelt dat de student van nu het een belangrijk onderwerp vindt, maar dat het belang ervan niet altijd wordt ingezien. Een enquête, die zij heeft gehouden onder meer dan 2500 studenten, toont aan dat er nog veel werk aan de winkel is. Studenten vinden dat genderverschillen onvoldoende zijn opgenomen in onderwijs over prognose, communicatie en farmacotherapie. Masterstudenten zijn hierbij minder positief over hun opleiding dan bachelorstudenten.

 

Lia Fluit, universitair hoofddocent, wijdt deze lage scores aan de praktijkervaring van studenten. “Er bestaat een scheiding tussen het onderwijs en de praktijk, terwijl de praktijk juist het onderwijs is.” Marrie Bekker ziet een oplossing in het toetsen van de genderkennis van studenten in de examens.

 

Gender in de opleiding

In 2018 wordt het nieuwe raamplan voor artsen in opleiding gepresenteerd. Roland Laan, hoogleraar medisch onderwijs: “Artsen worden steeds meer opgeleid om persoonsgerichte zorg mogelijk te maken en aandacht te hebben voor diversiteit. In 2018 zal gender een duidelijke plaats krijgen naast het geslacht, en is er ook aandacht voor de socio-economische omstandigheden.”

 

Concluderend zijn de verschillende sprekers het eens over de volgende stappen die genomen moeten worden. Maar het vergt nog genoeg inzet om dit te realiseren. Volgens studenten is gender in het onderwijs nog een onderbelicht thema. Faculteiten moeten daarom het belang van gender onderschrijven om zo de kwaliteit van het onderwijs te kunnen waarborgen.

 

Fotografie: Rebke Klokke

 

Lees ook de andere verslagen die gemaakt zijn op het Congres Gender & Gezondheid.